Prof. Dr. Julien Klener, Voorzitter CICB / Président CCIBToespraak van Prof. Dr. Julien Klener (Voorzitter CICB) op maandag 26 januari 2015 in de Grote Synagoge van Brussel, Grote Synagoge van Europa, tijdens de herdenkingsplechtigheid ter gelegenheid van de 70ste verjaardag van de Bevrijding van de Concentratiekampen

“Dames en Heren,

Over Auschwitz denken is balanceren tussen sprakeloosheid en de plicht tot memorerend spreken. Auschwitz is dat inktzwarte tijdvak, die onheilsplek in het land van de dood, waar iets gebeurd is wat er nog nooit gebeurd was. Auschwitz is synoniem voor de godsgruwelijke, onverwoordbare aanslag op de idealen van een ethisch redelijk en rechtvaardig wereldbeeld. Auschwitz, of hoe een onderliggende ideologie van diep in het bloed gedrongen apocalyptische haat, leidde naar vernietigingskampen die in hun tomeloze kwaadaardigheid alle fantasieën over de hel overtroffen en die complete coherente werelden waren met als eigen tijdmaat pijn en ontluistering gefundeerd op de technologie van de zinloze ontmenselijking. Lijken werden er geproduceerd zonder enig ander doel dan de productie van lijken. …


La nouveauté radicale à Auschwitz, ce lieu et ce concept qui écorchaient et écorchent ma vie, notre vie, ne résida pas dans la technique seule, mais dans la destruction d’une notion immémoriale qui veut qu’un homme, ou une femme, reste une personne même dans le déplaisir qu’elle peut inspirer car comme le disait le philosophe judéo-français Lucien Levy-Bruhl : « L’homme n’est l’homme que parce qu’il a su se réunir à l’homme ».

La mort ignominieuse réservée aux victimes, traitées comme des poux, chassées de la condition humaine, niait chez elles, l’humanité qui aurait pu encore les relier à l’espèce commune. Auschwitz marque ainsi un tournant irréversible par le massacre et le déploiement industrialisé de violence, mais aussi par la destruction du substrat qui fait l’Homme. Cette césure a modifié la conscience et l’avenir de l’espèce humaine comme si nous n’allions plus vers la lumière, mais vers le chaos.

Toutefois soulignons ici qu’il ne faut pas oublier tous ceux, qui, au péril de leur vie, ont aidé les pourchassés à déjouer la fatalité. En agissant ainsi, ils n’ont pas seulement sauvé des innocents d’une mort programmée, mais en se dressant contre la barbarie, ils ont rendu au genre humain son honneur bafoué.

Niettemin bleef, naoorlogse decennialang, de hellepoel Auschwitz, die plek die het recurrent-deprimerend morele gedragspatroon van de mens verzinnebeeldde.

Huidige maatschappelijke ontwikkelingen wijzen ons er keer op keer op dat de geschiedenis uit het verleden geenszin abstracte historie is geworden maar, nog steeds en wellicht meer dan ooit, scherpe actualiteit is gebleven die noopt tot eensgezinde daadkracht.
Want zonder schroom noch bloedschreeuw, gevoelslam 70 jaar na gruweldata, in fora allerhande, bij extremismen en populismen van divers allooi wordt de nagedachtenis aan de onzen echter herbedolven onder aslagen van vergetelheid en negatie, terwijl zelfs de waangedachte dat Europa en uiteindelijk de wereld in zijn totaliteit gediend zou zijn door eerst de zielen en dan de lichamen van het joodse deel van de mensheid te vermalen, opnieuw gescandeerd wordt door dezen en genen, die van hier tot elders wederom een groezelige walm van de dertiger jaren en van de toenmalige moorddadige neurose, verspreiden.

Vous trouvez peut-être ceci exagéré, pathos, sentimentalité baroque, overdose de contrariétés et culture du pessimisme, mais c’est aussi une soupape de sécurité, sans aucun formalisme officiel, pour ma triste lassitude et ma révolte infructueuse, et pour l’idée que mes syllabes ces temps-ci ne courent qu’après les faits.

La Shoah, avec ses dégâts et son ignominie, n’a-t-elle vraiment pas appris à nos civilisations que les valeurs démocratiques universelles comme la liberté, l’égalité et le respect de la dignité humaine, ne vont pas de soi, qu’elles sont fragiles, comme les sanglantes années d’alors l’illustrent, qu’elles sont une mission que nous devons chérir et surtout accomplir. Serait-il quand même vrai, sans vouloir jouer au diseur de slogan, que « the only thing history teaches us, is that it teaches us nothing ? »

Misschien toch niet helemaal, vandaar de lichtende, uitdragende symboliek en de inhoudelijke sterkte van hetgeen morgen in Polen zal plaatsvinden waar gezagsdragers en verantwoordelijken uit alle werelddelen zullen aanwezig zijn bij de herdenking van de zeventigjarige bevrijding van Auschwitz met onder hen ons vorstenpaar.

Bij lamenteerpakken blijven zitten, aan de treurwilgen blijven hangen en vrome tranen plengen, kan bijgevolg nimmer een optie zijn want, zelfs tegen historisch beter weten in, blijft de joodse, messiaans-positieve traditie geloven in democratische maakbaarheid, ook al voelt men zich soms vereenzaamd, opnieuw geconfronteerd met die millennia-oude wanwoorden en rechtstreekse moorddadigheid. Blijven geloven, tegen beter weten in, met de moed van de hoop, dat daadwerkelijke pedagogische verantwoordelijkheidszin, de komende generaties kan terechtwijzen, is de opdracht. Verdere prioriteit is, met alle wakkere, waterdichte legale middelen, te ageren tegen hen die puberale en andere warhoofden volstouwen met ondemocratisch gedachtegoed, die complexe wereldpolitiek zoeken te verengen tot een paar kreupele analyses, met als ondertoon letterlijke en figuurlijke dooddoeners waarin de woorden jood en het Westen al te gretig voorkomen. Men kan de verworvenheden van onze mensvriendelijke rechtsstaat toch niet in de aanbieding doen, omdat te velen opnieuw een steeds lagere tolerantiedrempel hebben ?

Misschien zijn mijn zinnen slechts povere navelstaarderij en hol zelfbeklag en leed is echt niet de navelstreng van mijn zijn, maar mag ik, toch ook, herinneren aan een recente uitspraak van de Zweedse auteur Per Ahlmark, tevens voormalig vice-premier, dat “antijudaïsm always begins with Jews , but never ends with Jews, but with destroying democratic institutions and the rule of law”, zoals Auschwitz aantoont.

Plus jamais Auschwitz n’est pas une certitude. Mais « plus jamais Auschwitz » est une mission impérative !

Nooit meer Auschwitz is geen zekerheid. Maar “nooit meer Auschwitz” is en blijft een dwingende, stringente opdracht.”

Prof. Dr. Julien Klener, Voorzitter CICB / Président CCIB



CCIB – Foto: Prof. Dr. Julien Klener, Voorzitter CICB